Home Herfstgras: prut of pret?

Herfstgras: prut of pret?

Beide scenario’s zijn herkenbaar. Een herfstsnede die laat bemest, vervuild is (ruwe as), nat en eiwitrijk kan gemakkelijk gaan “rotten”. Eiwitafbrekende bacteriën zijn dol op het overvloedige, gemakkelijk opneembare eiwit. Ze zijn vaak aanwezig op het gewas als gevolg van oude mestresten en verontreiniging met zand. Ammoniak, en vooral cadaverine, zorgen voor een afschuwelijke geur en smaak aan de kuil. Maar de herfstsnede kan ook een prachtige en smakelijke aanvulling van eiwitten zijn.

Direct in de koe of als wintervoer

Het weiden of stalvoeren van herfstgras zorgt voor een uitstekende benutting ervan. Echter, de afgelopen jaren is het vaak noodzakelijk geweest om goed geslaagd herfstgras in de kuil of in balen te bewaren voor de ruwvoerpositie en/of de eiwitaanvulling in het winterrantsoen. Herfstgras weiden of stalvoeren houdt in dat je het gewas kort inschaart of lichte snedes maait voor gebruik in de stal – hetzelfde geldt voor het maken van wintervoer.

Snede zwaarte, maaihoogte en bewerkingen

Het principe van kalendermaaien is wellicht nog belangrijker bij herfstgras. Intervallen van langer dan 4 weken leiden tot toenemende verhouting, slechtere verteerbaarheid en een muffe grasmat. Frisheid en kwaliteit gaan dan snel achteruit, terwijl wilde gisten, schimmels en ongewenste bacteriën zich snel ontwikkelen. Probeer zo min mogelijk mestresten en zand in de kuil te krijgen. Maai op een hoogte van 7-8 cm en leg het gras op zwaden. Als het gras niet meer droogt, helpt schudden ook niet meer en extra bewerkingen vergroten alleen maar het risico op vervuiling die aan het natte gewas blijft kleven. Hoe eerder het gewas zuurstofarm wordt afgesloten, hoe beter. De veldperiode moet maximaal 24 uur zijn.

Eiwitrijk, arm aan suikers en nat

Een hoog ruw eiwitgehalte betekent altijd een lager suikergehalte. De druk van wilde gisten, schimmels en ongewenste bacteriën is hoog in herfstgras. Deze micro-organismen voeden zich voornamelijk met de aanwezige suikers. Het toevoegen van suikers, zoals melasse, voedt dus de slechte micro-organismen. Het is daarom belangrijk om te streven naar een balans tussen goede en slechte micro-organismen. Ons advies is om de juiste kuilverbeteraar te kiezen en indien nodig extra melasse (suikers) toe te voegen (bij een suikergehalte van minder dan 40 gram per kg ds). Een hoog eiwitgehalte voorkomt een snelle pH-daling. Aangezien water een pH van 7 heeft, werkt een laag drogestofgehalte ook een snelle pH-daling tegen. Het toevoegen van melkzuurvormers is dus altijd nodig. Enzymen kunnen wenselijk zijn om de aanwezige suikers gemakkelijker beschikbaar te maken, en bij een drogestofgehalte van meer dan 25% kunnen azijn- en propionzuurvormende bacteriën ook nuttig zijn. Gebruik de handige keuzetool voor de juiste keuze en benodigde hoeveelheid.


Ontvang in 5 stappen jouw ruwvoeradvies op maat

Verbeter je ruwvoer met het juiste product in exact de juiste dosering met onze keuzetool ruwvoerverbeteraar.


Zie onderstaande linkjes voor meer onderzoeken van beterruwvoer:

Nieuws

Tips voor inkuilen gras 2024
Tips voor inkuilen gras 2024
Het eerste gras is gemaaid en ingekuild. De eerste snedes waren dit jaar over…
Lees meer
Methaanemissie verlagen met het juiste inkuilmiddel
Methaanemissie verlagen met het juiste inkuilmiddel
Er is een duidelijk verband tussen het NDF-gehalte van ruwvoer en de uitstoot van…
Lees meer
Nieuwste inzichten bacteriën op het gras
Nieuwste inzichten bacteriën op het gras
Bacteriën zitten overal, ook op je gras. En het blijkt dat die populatie enorm…
Lees meer
Betere kuil, hogere opname, gezond meer melk.